We stonden rondom het knisperende vuur. De vlammen waren heerlijk aan het dansen en daagden mij uit om dat te durven vragen wat een beetje eng was. Een beetje spannend. De meeste vroegen om iets van hun meer rust gaf of meer positiviteit. Maar een paar, waaronder ik, wilden de uitdaging aangaan en dus vroeg ik om meer stroming.
Stroming binnen mijn bedrijf en op creatief gebied (met andere woorden de ideeën die ontstaan in mijn hoofd, buik en hart vorm te gaan geven door deze 3 samen te laten werken).
Schijnbaar was mijn vraag iets te globaal, want wat ik kreeg was zeer zeker stroming echter niet de vorm zoals ik in gedachte had. Voor mij staat stroming voor het tegenovergestelde van stilstand. Maar schijnbaar niet voor het universum…

En dus BOEM; daar was de wervelwind met hoge golven. Er gingen ineens deuren open, waarvan ik een beetje overweldigd werd. Op zich zou dat juist een heel goed iets zijn, echter voelde het niet zo. En waarom niet? Omdat het deuren waren waarvan ik dacht “Euh, en wat is mijn rol daarin? Wat wordt hier van mij verwacht?”
Ik was duidelijk allesbehalve duidelijk geweest met het vragen van stroming. Ik had alleen het woord stroming vermeld en dus zei het universum Oké, hier heb je stroming. Tadaaaa!!! (waarschijnlijk met een enorme grijns erbij)
Woorden hebben heel veel kracht.
Zelfs één woord, zo blijkt wel weer. En het universum is niet zo goed met woorden en vooral niet met de achterliggende gedachte. Ik had net zo goed iets kunnen roepen als ‘Brood’ om vervolgens overladen te worden door niet één brood, maar tig verschillende soorten brood, meel, recepten, aanbiedingen van lokale bakkers, gluten allergieën, catering opdrachten van grote reismaatschappijen, video’s over het vlechten van deeg en een marktplaats advertentie van een Herman Brood theepot…
Wie nog minder goed is in woorden, zijn wijzelf.

En dat is niet omdat wij elkaar niet willen begrijpen, maar omdat wij allemaal een andere betekenis geven aan woorden. Waar ik bij brood aan een saaie lunch denk van 2 boterhammen en een plak beleg, denk jij misschien aan zondag ochtend waarbij de keuken gevuld is met de geur van versgebakken broodjes. En waar ik bij beleg geen vlees bedoel, heb jij al salami in je hoofd. Met beleg bedoel ik kaas. Nee, geen komijnekaas, maar geitenkaas. Waarbij jij bij geitenkaas getver denkt en ik juist bij komijnekaas. Zelfs zo erg getver, voor mij, dat ik al ril bij de geur wanneer iemand aan de andere kant van de tafel het op zijn brood heeft. Hele jeugdherinneringen, waarbij ik het moest eten, want ja, je at wat de pot schaft. Net zoals erwtensoep. Getverdegetver… Ook zo bizar dat de nasi en bami van mijn moeder allebei dezelfde smaak en kleur hebben, maar dat had met Conimex te maken. Vandaar dat ik die met een grote boog omzeil in de supermarkt. Voor mij geen Conimex. Echter ontdekte ik dit weekend de pindasoep van Conimex en die was verrassend lekker…
Hallo? Bent u er nog? En snap je nu die wervelwind aan golven?
Dat is dus wat er kan gebeuren wanneer je niet duidelijk aangeeft welke associatie jij bij een bepaald woord hebt. Als ik nu vraag om iets vraag, geef ik er meteen een context bij. Dat scheelt een hoop werk voor het universum (en alle andere luisteraars) en geeft mij een hoop ruimte en rust.